De Broekelzen is een topnatuurgebied van ongeveer 18 ha gelegen in Westouter (deelgemeente van Heuvelland). Natuurpunt is de eigenaar en zorgt voor het beheer. De Broekelzen bestaat uit ongeveer 4 ha bronbos en beekbegeleidend bos, 2 ha verbossingsakker en 12 ha open graslanden met houtkanten en poelen.

In de maanden april-mei kan men er genieten van een overweldigende voorjaarsbloei van bosanemoon en wilde hyacint. Boswederik, dotterbloem, spekwortel, brede wespenorchis, witte klaverzuring, ree, eikelmuis, vinpootsalamander, sleedoornpage zijn enkele kenmerkende soorten.

 

Locatie: Westouter (Heuvelland)
Grootte: 18 ha
Toegankelijkheid: wandelpad doorheen en langs Broekelzen
Start: kerk van Westouter
Schoeisel: laarzen zijn aan te raden in nattere periodes
Dieren: aangelijnde gezelschapsdieren zijn welkom op het wandeltraject
Rolstoelgebruikers: moeilijke toegankelijkheid
Kinderwagens: moeilijke toegankelijkheid
Parking: ter hoogte van de kerk van Westouter
Meer info: conservator Piet Hardeman 057/44 56 57
Gift: projectnummer 5520
Op stap met een gids in het Heuvelland
Wandelfolder: wandelfolder Broekelzenpad (7 km) + wandelnetwerkkaart Heuvelland

Doneer

Het verhaal van onze vereniging is erg nauw met dit reservaat verbonden. In 1989 onderhandelde Paul Houwen (1935-1991), een bekend natuurbeschermer en toenmalig conservator van het Blankaartreservaat, in naam van Natuurreservaten vzw een bod tijdens een openbare verkoop in Dentergem van een perceeltje in de Broekelzen.

 

Helaas, de prijs was te hoog. Toch was dit de aanloop naar een eerste aankoop van 48 a  in 1990. Men prijst een moeilijk begin: die allereerste, uiterst bescheiden aankoop, leidde tot een succesverhaal, waar ook Natuurpunt De Bron vzw deel van uitmaakt.

 

Kwelwater

 

De Broekelzen ligt in Westouter (gemeente Heuvelland), op de noordwestelijke flank van de Vidaigneberg (136 m). Deze ”bult” maakt samen met de Rodeberg en de Baneberg deel uit van een langgerekte heuvelrug. Die heuvel is opgebouwd uit opeenvolgende bodemlagen. De onderlaag bestaat uit een stevige, ondoordringbare kleibank (Ieperiaanklei). Daarop rusten enkele zand- en kleilagen en bovenop ligt de fameuze ijzerzandsteenlaag, waar ook de silexkeien of ”vuurstenen” in te vinden zijn.

 

De waterhuishouding op de heuvels wordt bepaald door die afwisseling van kleiige en zandige bodems. De slecht doorlatende kleilagen houden het water op dat de bovenliggende zandige gronden laten doorsijpelen. Waar deze kleilagen dagzomen, vormen zich kwelzones en bronnetjes.

 

De hoogste bron van de Broekelzenbeek ontspringt op 95 m op de noordwestelijke heuvelflank. Het prille beekje wordt verderop nog meer gevoed door kwelwater dat uit de flanken van het keteldal opborrelt en plaatselijk voor uiterst drassige bodems zorgt. Eigenlijk vormt het hele bronbos één grote bronzone. Overal ontspringen kleine beekjes; uiteindelijk vormen ze samen de Broekelzenbeek. Al na 1 km mondt het beekje uit in de Franse beek, die verder de Grote beek voedt.

 

Sprookjesachtig

 

De Broekelzen geniet een status van habitatrichtlijngebied. Grote delen werden ingekleurd als GEN (Grote Eenheid Natuur) en GENO (Grote Eenheid Natuur in Ontwikkeling) in de VEN-afbakening (Vlaams Ecologisch Netwerk). In mensentaal betekent dit dat de Vlaamse overheid hier duidelijk kiest voor natuurbescherming en -ontwikkeling. De toekomst van het reservaat is dus verzekerd. De Broekelzen is een erkend natuurreservaat in eigendom van Natuurpunt. Samen met de Sulferberg, de Scherpenberg en de Hellebeek is het verenigd in het erkend natuurreservaat Bronnen van het Heuvelland van ongeveer 55 ha groot.

 

Het gebied bestaat uit een bonte mengeling van bos, wei- en hooilanden en bevat een schoolvoorbeeld van het begrip ‘bronbos’. Vooral in de periode april-mei heeft dit bronbos een sprookjesachtige schoonheid. Bovenaan in dit bronbos ontspringt de Broekelzenbeek in een typisch amfitheatervormig dalhoofd met vooral zwarte els, gewone es en tamme kastanje met een hakhoutstructuur. Hier en daar steken grote bomen (de ”overstaanders”) erboven uit. Door het hakhoutbeheer aan te houden (weliswaar een hele klus!) en de bramen wat in te tomen proberen we er de schitterende voorjaarsflora maximale kansen te bieden.

 

In de lente wordt de hoofdtoon er duidelijk gezet door het onnavolgbare blauw van de wilde hyacint. Wie de volle pracht van deze blauwe bloemenvelden wil genieten, moet tussen eind april en half mei op pad. Iets vroeger bloeit de bosanemoon, die van iets nattere gronden houdt. Opvallende, warmgele accenten komen van de dotterbloem op de kletsnatte kwelzones. Hier en daar vind je ook het citroengeel van de slanke sleutelbloem en het wit-rose van de pinksterbloem. Hier en daar vind je bleeksporig bosviooltje.

 

Wat later verschijnen o.a. boswederik, penningkruid, gewone salomonszegel, grote muur, dagkoekoeksbloem, groot heksenkruid, brede wespenorchis en witte klaverzuring. Wilde aalbes, frambozen en bramen zijn ook present; ze voorzien de vogels vanaf de vroege zomer van sappige hapjes. Bij de klimmers vind je veel wilde kamperfoelie en klimop; hier en daar houdt hop en de zeldzame spekwortel stand. Wat lager verandert het bronbos geleidelijk in een smaller beekbegeleidend bos.

 

Verbossing, begrazing

 

Naast het bronbos ontwikkelt zich een spontane verbossing op een voormalige akker. De laatste oogst was tarwe in 1999. Gunstige winden voerden nogal wat zaden aan. In korte tijd stonden hier al grote exemplaren van berk en wilg, zwarte els en gewone esdoorn, gewone es, haagbeuk, zomereik en zelfs zoete kers. Struiksoorten als meidoorn, sleedoorn, hazelaar, hondsroos en gewone vlier bevolken de tussenverdieping van het nieuwe bosje. Op een zandige bult stak brem weer de kop op. In de zomer bloeit er het roze wilgenroosje en het gele jacobskruiskruid.

 

De weilanden die aansluiten op het bosgebied, zijn heel gevarieerd. Een grasland met o.a. dotterbloem, pinksterbloem, echte koekoeksbloem en egelboterbloem krijgt twee maaibeurten met afvoer van het maaisel. Andere percelen worden beheerd via een extensieve seizoensbegrazing, nog andere krijgen eerst een maaibeurt en daarna nabegrazing. Eén perceel is erg nat. Niets doen is hier de optie. We zien dat dit perceel langzaam maar zeker verbost met vooral zwarte els en wilgen.

 

In het gebied liggen verscheidene poelen verspreid: de kleine water-, de alpenwater- en vooral de vinpootsalamander, zeer typisch voor dit heuvellandschap, voelen zich hier thuis. Het gebied is ongetwijfeld geschikt voor de vuursalamander, maar die is er nog niet gezien. Het water trekt natuurlijk ook heel wat libellen en waterjuffers aan. Belangrijk zijn de geregelde vondsten van larven van de steenvlieg in het beekwater, omdat deze larven een zeer hoge waterkwaliteit vereisen.

Ook heel wat zangvogels geven present: zwartkop, tuinfluiter, sprinkhaanzanger, grasmus, geelgors, heggenmus, zomertortel, putter en kneu. Heel wat blauwe reigers komen overnachten bij de nabijgelegen visvijvers. Ook het aantal roofvogels in het gebied neemt toe.

 

Wandeling

 

Vanuit de dorpskom van Westouter vertrekt het Broekelzenpad naar het reservaat De Broekelzen. De wandelroute van 7 km is niet bewegwijzerd, maar goed beschreven in een folder met kaart. Een andere wandelroute die doorheen het reservaat loopt, is het Yourcenarpad (8 km). Deze vertrekt aan het Parc Départemental Marguerite Yourcenar boven op de Zwarteberg en komt hier voorbij. Een mooie tweetalige brochure met kaart beschrijft de wandelroute. Ook met de kaart van het Wandelnetwerk met knooppunten raak je er vlot en kun je door de Broekelzen wandelen. Verschillende infobordjes van Natuurpunt geven de bezoeker wat uitleg over het gebied.

 

Een stroef begin en ook wat geluk

 

Na de tweede zitdag van de openbare verkoping in Dentergem (zie begin deze bijdrage) werd geprobeerd om een hoger bod uit te brengen. In café De Vaderlander in Westouter werd een affiche uitgehangen waarop 168 vakjes konden ingekleurd worden, telkens voor 100 fr. Dit bracht de ronde som van 16.800 fr op, voldoende voor het hoger bod en de kosten van de gerechtsdeurwaarder. Helaas, … het perceeltje bos werd toch toegewezen aan een bieder met meer centen.

 

Uit nader onderzoek bleek dat het 4,5 ha grote bos toebehoorde aan 5 verschillende eigenaars, waarvan er 2 in Frankrijk woonden. Toen Piet Hardeman op 25 september 1989 de familie Clyti uit Mont-de-Marsan in de Landes aanschreef op papier met briefhoofd van de Stichting Marguerite Yourcenar, kreeg hij al op 7 oktober een antwoord dat ze bereid waren om het perceel te verkopen. Piet moest zich wenden tot hun familienotaris, Maître Lotthé, in Belle.

 

Toen hij het kantoor van de notaris binnenkwam, merkte Piet een groot kader op. Daar prijkte de affiche van de verkoop (1913) van het kasteel van Michel Cleenewerck de Crayencour, vader van Marguerite Yourcenar, door vader-notaris Lotthé. Een droom van een introductie!! Meester Léon Lotthé beloofde zijn best te doen ‘voor het goede doel’. Op 5 maart 1990 kwam het berichtje dat de familie Clyti akkoord ging met de geboden prijs. De allereerste akte voor De Broekelzen werd verleden op 21 november 1990 in Poperinge.